Gelukkig vernielen de Chinezen niet alles. In 2006 is zijn stulp gerestaureerd. Het optrekje is gebouwd van cederhout. Wat ruikt dit lekker. In zijn mansion mag je wel naar binnen. Er staan meubels en het geheel is een beetjes ingericht zodat je toch een en ander kan voorstellen. Eindelijk geen leeg gebouw.
Binnen is er veel te zien van de Chinese historie en ook hier een keurig verzorgde tuin. Eindelijk kon ik een keizerlijke “fluimbak” zien. Van Lida mag ik niet meer oefenen. Zo kom ik nooit op het keizerlijke pro niveau.
Voor het eerst begin ik mij te ergeren aan de zogenaamde "staatsgidsen". Op vragen krijg ik telkens ontwijkende antwoorden of totaal geen antwoord. Zelfs bij de meest eenvoudige vragen waar bijvoorbeeld de stallen of de wapenkamer van de keizer te zien zijn, krijg ik als antwoord dat alles in harmonie gaat. Bij het betreden van een vertrek zie ik dat de keizer, gezeten op een paard, een koker met pijlen op z'n rug droeg. Ik maakte de gids hierop attent en vroeg of deze pijlen voor de communicatie waren. Als blikken konden doden. Ik begin een beetje moe te worden van de woorden: "heavenly, holy, beautiful en divene "
Geen opmerkingen:
Een reactie posten