Komende vanaf de bergen kon je de hoofdstad Bamako van Mali duidelijk zien liggen.
De stad was omhult met een dikke vieze deken van luchtvervuiling.
Het krioelde van de bewoners, auto's en brommertjes.
Hier zouden wij in hotel Tamana, een kleine, afgeschermde oase van rust, overnachten.
Al gauw bleek dat er veel schade was gereden.
Christian maakte van de gelegenheid gebruik om de ontsteking van zijn geit te optimaliseren.
Tot diep in de nacht werd er door diverse teams gesleuteld.
Kennelijk was dit niet voldoende en werd er een extra overnachting geboekt.
Buiten het hotel is het een drukte van belang. Van diverse kanten werden wij door verkopers in onze nek gesprongen.
Allereerst werden wij hartelijk welkom geheten in Mali en dan begon de ellende.
De meest zielige verhalen kregen wij te horen. Een verkoper wilde de "gouden" trouwringen van zijn ouders verkopen om de operatie van zijn vrouw te kunnen bekostigen.
Een andere verkoper bood muziek cd's aan. Om een lang verhaal kort te maken er werd van alles verkocht.
Een verkoper maakte het zo bont dat hij ons bleef volgen. Op een terras aan de overkant van het hotel, waar een fles koud bier van 0,6 liter, de helft van de prijs was van het hotel, kregen wij een gezinsdrama te horen. Hij kon zijn kinderen niet te eten geven.
Om van deze man af te komen gaf An 30 cent aan de verkoper. Hij kon nu een brood kopen.
Zelfs voor bovenstaande foto wilden de mensen geld hebben.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten